In de aan Plato toegeschreven dialoog Alkibiades vraagt Sokrates aan de gelijknamige, van ambitie overlopende jongeling: ‘Wat wil je Alkibiades, leven met wat je nu hebt, of meteen sterven als je niet de kans krijgt méér te verwerven?’
De jonge Alkibiades hoeft geen moment na te denken; meteen ter plekke sterven als hij niet meer zou kunnen verwerven dan hij nu heeft! Sokrates verwachtte niet anders en zegt vervolgens tegen hem: ‘Waar heb jij je hoop op gevestigd dat je blijft leven, daar wil ik op ingaan.’
Laten we hier inderdaad eens op ingaan, aan de hand van de volgende vragen:
- In de dialoog staat de jonge Alkibiades op het punt zijn carrière in de politiek aan te vangen en Sokrates heeft met opzet tot dit moment gewacht met het stellen van zijn vraag.
- Om het gewicht van deze vraag wat meer te kunnen peilen is het nodig (zelfstandig) enig onderzoek te doen naar het leven van Alkibiades. Wie was deze zonderlinge figuur en wat was zijn relatie tot Sokrates? Maak notities van je bevindingen.
- Bekijk vervolgens nauwkeurig de afbeelding van het schilderij van Bacciarelli boven aan deze afdeling en bedenk met behulp van je bevindingen bij 1a wat de portee is van de dialoog.
- Leg de bal nu bij jezelf: wil jij niet ook ter plekke sterven als je niet de kans krijgt méér te verwerven dan je nu hebt? Of sta je hier anders in dan Alkibiades? Ga in je antwoord uitdrukkelijk in op wat je verstaat onder ‘wat je nu hebt’ en wat de aard is van het ‘méér’ dat je zou kunnen verwerven.
- In de vraag staat dat je eventueel ‘de kans krijgt’ om meer te verwerven. Wat zou de aard van de kans kunnen zijn en hoe krijg je die kans?